We zijn in 1973. Exact 50 jaar geleden. Ongelooflijk eigenlijk. We zullen eens kijken of dat in het #1001Albums boek net zo’n lang en vruchtbaar jaar is als 1972.

Bowie is er weer, net als King Crimson. Er is reggae van Bob Marley, soul van Marvin Gaye en de ex-VU leden John Cale en Lou Reed brachten bijna tegelijk een solo album uit. Lekker rare platen zitten er ook bij met de psychedelische extravagante spacerock van Hawkwind en de Duitse ambientkrautrock van Can. Het 1001Albums-boek is dol op progrock dus dat zit er ook bij met een klassieker van Genesis. Een gevarieerde bende dus.

273 David Bowie — Aladdin Sane (1973)

De hoes met bliksemschichtgezicht is zeker het meest iconische beeld van Bowie/Ziggy. Er liep twee weken geleden nog iemand mee in de Hartjesdagenparade op de zeedijk, in full Ziggy kostuum. Het album is ook ook steengoed, maar zo goed als dé Ziggy Stardust plaat, zie vorige batch, is hij zeker niet. Daar is ie net te fragmentarisch voor en mist het focus. Er staan wel een paar fantastische parels op als Panic In Detroit, Lady Grinning Soul, het prachtige Berlijn-vaudeville-achtige Time en als bekendste The Jean Genie. De Stones cover Let’s Spend the Night Together had van mij niet gehoeven. Een voorbode voor zijn volgende album met alleen maar covers.

“Ziggy Stardust” op de Hartjesdagenparade

274 King Crimson — Larks’ Tongues in Aspic (1973)

Mooi, daar is King Crimson weer. Na hun weergaloze debuut kan dat met dit vijfde album wel weer. In een totaal andere bezetting, op Robert Fripp na uiteraard. Dit is wel wat ontoegankelijker dan het debuut. Met een wonderlijke mix van zware progrock, experimentele improjazz, rustige liedjes (Exiles) en een aanstekelijk, maf leeg groovend nummer als Easy Money. Ben benieuwd of de albums Red of Discipline ook in de lijst staan, ook geen slechte albums. Unieke band.

275 Bob Marley and the Wailers — Catch a Fire (1973)

Bob Marley, en eigenlijk reggae in het algemeen wel, is niet helemaal m’n kopje wietthee. Bob gaat nog wel hoor, voornamelijk omdat het soms goede nummers zijn, hoewel de hits flink zijn doodgedraaid. Maar het strikte reggae idioom, waardoor alle nummers op elkaar lijken, is voor mij wat vergelijkbaar met blues. Ik heb er meestal vrij snel genoeg van. Afijn, Bob dus. Ik ken eigenlijk alleen die beroemde live plaat van een paar jaar later, vol hits, en ik denk niet dat ik ooit een studioalbum in z’n geheel heb gehoord. Dit is blijkbaar one of the finest reggae albums ever, maar ik merk bijv dat als 3e nummer is afgelopen en het 4e wordt ingezet, dit met exact hetzelfde ritme, hetzelfde tempo, dezelfde toonsoort zelfs, en vooral hetzelfde typische reggae-gitaarslagje is. En daarna het vijfde nummer ook. Pfff. Het is duidelijk, ik heb er al weer genoeg van. “Kleurenblinde kutmuziek, geef mij maar een regenboog” zingt Armand over de blues. Dat heb ik hier toch ook wel een beetje. Sorry Bob.

276 Hawkwind — Space Ritual (1973)

Een live dubbelalbum van Hawkwind. Nog met Lemmy in de gelederen. Dat is een dikke twee uur psychedelische extravagante spacerock. Inclusief (naakt)danseressen schijnbaar. Die moeten we er maar bij denken, of hier verderop op een linkje klikken. Het groovet wel vaak als een dolle, vooral Lemmy gaat lekker. Met wat bliebjes, spoken word, en scheurende sax erbij hier en daar, en over regelmatig een minuut of vijf lekker doorsoleren doen ze ook niet moeilijk. Niet altijd makkelijk, en het geluid is ook niet heel denderend, maar het is wel goed dit. Maar ook best veel. Minstens een half uurtje korter en dan wel Silver Machine opnemen in de set had van mij wel gemogen.

Als je niet op je werk, of bij je schoonouders, zit zou je hier op kunnen klikken om danseres Stacia in volle glorie te kunnen zien (ik heb je gewaarschuwd): https://theslnaturist.com/2016/01/01/heroes-of-naturism-stacia/

277 John Cale — Paris 1919 (1973)

Geen moeilijk avantgardistische uitstapjes in deze soloplaat van de ex Velvet Underground Welshman. Het is allemaal best vredig, rustig, poëtisch en sierlijk. Weelderig georkestreerd ook. Het doet me een beetje aan Randy Newman en Gilbert O’Sullivan denken. Volgens mij is dit ook wel zijn meest toegankelijke solowerk. Hoogtepunt is wel het “you’re a ghost la la la la la” in het Eleanor Rigby achtige titelnummer.

278 Can — Future Days (1973)

Daar zijn de Duitse proto-Krautrockers van Can weer. We hebben het hele rare album Tago Mago uit ’71 al eerder gehad. Maar hier zijn ze behoorlijk van de Krautrock en maffe en moeilijke experimenten afgestapt en gaat het meer richting ambient en soundscapes. 3 lange nummers en als afwisseling ertussen een korte, best toegankelijk single Moonshake. An sich een mooi album, maar het kabbelt ook een beetje. Totaal anders dan de totale gekte en primal screams van (de tweede helft van) dubbelalbum Tago Mago. Dat is maar goed ook.

279 Lou Reed — Berlin (1973)

Eigenlijk jammer dat Can er nog even tussen zit. Na een solo album van John Cale meteen een solo album van Lou Reed erachter is conceptueel natuurlijk een stuk sterker. Maar dan komt John er wel wat bekaaid vanaf. Berlin is niet minder dan een meesterwerk, vind ik. Zeker een van ome Lou’s beste. Wel zijn somberste en donkerste. Een conceptalbum over een drugsverslaafd koppel (Caroline en Jim), met kinderen, waarbij Jim vooral veel sex met mannen heeft en Caroline zelfmoord pleegt. Gezelligheid alom dus. Maar wat een geweldige nummers. Schrijnend is het wel als je weet dat de huilende kinderen in The Kids die van de producer Bob Ezrin zijn en dat hij ze net heeft verteld dat hun moeder dood is (wat niet waar was). Dan ga je wel heel erg ver en dan gaat zo’n “Mammieieie” wel door merg en been. Alles voor de kunst blijkbaar. Ik denk niet dat ze daar nu nog mee weg zouden komen. En terecht natuurlijk. Buiten dat vind ik dit toch wel een van de beste albums ooit gemaakt, met een onwaarschijnlijk lijst topmuzikanten als Jack Bruce, Steve Winwood, Aynsley Dunbar, Michael & Randy Brecker en Tony Levin.

280 Genesis — Selling England by the Pound (1973)

Ojee. Mijn aversie tegen te moeilijkdoenerij van veel progrockbands heeft me altijd weerhouden van de Peter Gabriel jaren van Genesis. Toen het nog geen hitmachine was dus, maar full on progrock. Maar zoiets kan ook goed zijn natuurlijk, zoals King Crimson of Zappa. Ik ga hier gewoon weer onbevangen in, we zullen zien. Het nummer Firth of Fifth ken ik wel enigszins en dat is toch wel goed. Voorganger I Know What I Like (In Your Wardrobe) is zowaar een soort glamrockpopliedje. Kant A vind ik best wel goed. De B kant, met twee van die 11 minuut durende typische progrockreuzen, vind ik al wat moeizamer. Nou ja, best een redelijke score.

Doug duikt ook in Firth of Fifth, inclusief partituur. Zoiets vind ik dan wel weer erg leuk:

281 Marvin Gaye — Let’s Get It On (1973)

Na What’s Going On is het nu Let’s Get It On. Hij laat de maatschappijkritiek achter zich en is volledig in een sensuele mood. Titels als You Sure Like to Ball laten niet heel veel te raden over. Lekker gladjes allemaal, maar dat past natuurlijk ook bij deze slaapkamermuziek. Maar ik heb meer met de maatschappijkritische Marvin, niet de glijende Marvin. Dit haalt het toch niet bij What’s Going On wat mij betreft.

--

--

1001 Albums

Ik luister ALLE platen uit het boek “1001 Albums You Must Hear Before You Die” en schrijf een kort stukje over elk album.